Geschiedenis en ontwikkeling van midwinterhoornblazen
Over de ouderdom van het midwinterhoornblazen zijn de meningen verdeeld. Algemeen werden hoorns vroeger gebruikt door boeren om elkaar over lange afstanden boodschappen en signalen door te kunnen geven, ook in het oosten van Nederland. Een vroege afbeelding van op hoorns blazende figuren is te zien in het Utrechts Psalter uit omstreeks 850 en ook in een werk van Jheronimus Bosch is een instrument te zien dat veel op een midwinterhoorn lijkt. In Nederland is de midwinterhoorn voor het eerst beschreven in een brief aan de burgemeester van Winterswijk uit 1814. Met het wegvallen van de functie van de midwinterhoorn werd het blazen bedreigd, maar besloten werd om in de midwinterperiode te blijven blazen. In 1949 werd voor het eerst in georganiseerd verband de midwinterhoorn geblazen in Twente. Vier jaar later werd er een concours in het leven geroepen. Ook in de Achterhoek en op de Veluwe begon men weer meer te blazen. Allerlei feestelijkheden in de winterperiode worden nu opgeluisterd met de klanken van de midwinterhoorn, zoals wandelingen, kerkdiensten en kerstmarkten.
Het midwinterhoornblazen is op 13 december 2013 officieel erkend als Immaterieel cultureel erfgoed.