In 1564 werd het Moerbeckenhuss gebouwd op de plek waar daarvoor het Tijhuis stond. Het was de havezate van de familie Moerbecke die al vanaf 1410 in Ootmarsum en Oldenzaal woonde. In 1633-1637 is het huidige huis gebouwd door Everhard Bentinck en Euphemia van der Marck en in 1653 of 1658 werd het vergroot door Gerard Adolph Bentinck, die bij de inval van de bisschop van Munster in 1672 door hem tot stadhouder van Overijssel en drost van Vollenhove werd benoemd. In de 19e eeuw was de Laagse burgemeester Johan Zegers eigenaar, zijn dochter Heloise woonde jaren alleen op het huis en staat bekend als de geest van de Breckelenkamp.

In de jaren 1941-1946 is de oude havezate geheel gerestaureerd door Arnold van Heek en zijn vrouw, die het ter beschikking stelden aan de toenmalige Nederlandse Jeugdherberg Centrale. Vele jaren fungeerde het huis vervolgens als jeugdherberg met de naam Jonkershoes. Toen die noodgedwongen werd gesloten werd de havezate eigendom van de familie Wanrooij, die van 1991 tot 1996 het vervallen gebouw restaureerde en de tuinen en het park zo veel mogelijk in de 19e-eeuwse toestand terugbracht.

Het landgoed heeft een omvang van ongeveer 15,5 hectare, met als centraal punt het Huis te Breckelenkamp, een rijksmonument en historische buitenplaats. In het Monumentenregister van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed worden onder meer de bomenlanen en het grachtenstelsel beschreven met de toevoeging de aanleg van de Brecklenkamp is een eenvoudig, zeldzaam en gaaf bewaard voorbeeld van een Hollands-classicistische aanleg waarbij geometrie en perspectiefwerking de uitgangspunten voor het ontwerp vormden. Deze unieke bomenlanenstructuur met het diabolovormige grachtenstelsel werd al in de eerste helft van de 17e eeuw door de familie Bentinck tot Breckelenkamp aangelegd en is in de loop van de eeuwen nooit gewijzigd. De monumentale bomenlanen zijn het dragende element van de eeuwenoude verankering van het Huis in het landschap. De tuinen, het park en de boomgaarden zijn binnen het raamwerk van grachten en bomenlanen aangelegd.

Foto: M. Wanrooij

Siertuinen en moestuin

In de rechthoek ten noorden van het Huis bevinden zich de siertuinen rond een centraal lopende beukenberceau, die ligt op de lijn die loopt van het midden van de noordgevel van het Huis naar het midden van de voorgevel van de oranjerie. Naast de ingang van de berceau ligt de iristuin die elk voorjaar haar bijzondere kleurenpracht laat zien. Vanaf het

Huis gerekend rechts van de berceau ligt de geurtuin met rechthoekige perken rond een centraal prieel. Deze tuin ligt iets verlaagd en door de dubbele hagen eromheen heerst er een microklimaat. Achter de geurtuin ligt de kruidentuin, met bakken van bepleisterde oude baksteen die in hoogte naar de fontein in het midden aflopen. De vijvertuin, de klein-fruittuin en de snijbloementuin bevinden zich ook in deze noordelijke rechthoek.

In de rechthoek ten zuiden van het Huis staan tientallen bijzondere bomen, waaronder verschillende soorten liquidambar, larix, moerascipres, moeraseik en metasequoia. Daarachter bevindt zich de moestuin met de kleine schuur en de kas Lauricisque uit 1903 met zijn unieke oorspronkelijke inventaris.

 

 

 

Oranjerie (foto: M. Wanrooij)

Het huis is sinds 1991 particulier eigendom en wordt bewoond, het is daarom niet meer voor bezichtiging geopend. Wel zijn er incidenteel open dagen en worden er enkele keren per jaar klassieke concerten in de havezate gehouden.

 

 

 

Vakwerkschuur Huis Breckelenkamp

Video Havezate Huis Breckelenkamp