GROTE KERK.AAN DE OUDE MARKT.
Ontstaan uit een eenbeukige romaanse kerk van rond 1200, waarvan de noordmuur nog grotendeels over is. In 1480 zuid- en oostwaarts vergroot tot tweebeukige hallenkerk met driezijdig gesloten koor. In 1842 is de kerk verbouwd tot een zaalruimte door het uitbreken van zuilen, bogen en gewelven en het samentrekken van de beide koorsluitingen. Bij herstelling na de brand van 1862 zijn de smalle spitsboogvensters vervangen door brede rondboogvensters. Het geheel is in zandsteen opgetrokken. Opgravingen in 1928.
In 1892 door de firma Van Dam te Leeuwarden vervaardigd orgel van 39 registers, verdeeld over Hoofdwerk, Positief, Bovenwerk en Pedaal (in 1953 werd door orgelmaker Flentrop een vijftal registers vervangen en werd de mechaniek voor een deel vernieuwd). Dit orgel mag worden beschouwd als het laatste grote instrument dat door de firma Van Dam (1785 tot circa 1900) op klassieke wijze is vervaardigd. Het instrument is gevat in een houten kas voorzien van een 19e eeuwse gesneden ornamentatie met klassieke motieven.

 
Tegen het midden van de 13e eeuw werd de zware laat-romaanse zandstenen toren aan de kerk toegevoegd. In 1480, bij de vergroting van de kerk verhoogd. Bij herstelling na de brand van 1862 kreeg de toren een achtkantige lantaarn, die bij de restauratie in 1926/28 plaats maakte voor de huidige spits, terwijl de onderbouw grotendeels vernieuwd werd.
Jubileum bord in Delfts blauw ter gelegenheid van 600 jaar Grote Kerk op de oude markt.
 
De toren heeft een vrij rijk behandelde boogingang. Op de eerste verdieping zijn sporen gevonden van een gewelfde torenkapel. In de vierde geleding vernieuwde twee- en driedelige romano-gotische galmgaten. In de muur van de kerk is een stenen zonnewijzer, 1836, ingemetseld. Eronder een tijdvereffeningslus met datumaanwijzing. Daaronder op een aparte steen staat een gedicht in een chronogram voor het jaartal 1936. Gerestaureerd 1991. Trommelspeelwerk van Van Bergen, 1951. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed

Aan de buitenkant van de zuidmuur is een verticale zonnewijzer (met tijdsvereffeningslus) ingemetseld. Deze is in 1836 ontworpen door Coenraad ter Kuile.[4] Op de stenen plaat (uit 1918) onder de zonnewijzer staat een tekst met daarin de Romeinse cijfers 'MCMVWIII' verwerkt.

De restauratie van de Grote Kerk op de oude markt in 1929. De tekening is van Everhart Rabbers.

Psalm 43 Jan Willem Docter op het orgel in de grote kerk

Tegen het midden van de 13e eeuw werd de zware laat-romaanse zandstenen toren aan de kerk toegevoegd. In 1480, bij de vergroting van de kerk verhoogd. Bij herstelling na de brand van 1862 kreeg de toren een achtkantige lantaarn, die bij de restauratie in 1926/28 plaats maakte voor de huidige spits, terwijl de onderbouw grotendeels vernieuwd werd. De toren heeft een vrij rijk behandelde boogingang. Op de eerste verdieping zijn sporen gevonden van een gewelfde torenkapel. Deze bijzondere ruimte in de kertoren is door wetenschappers onderzicht maar er is geen echte verklaring van de functie die deze ruimte heeft vervuld.

Wilt u meer informatie over deze bijzondere plaats in de kerktoren:  Michaelkapel in de stadstoren
Joke Brandsma was van 1991 tot 2017 stadsbeiaardier van Enschede en bespeelde het carillon in de Grote Kerk op de Oude Markt. De eerste lessen op carillon kreeg ze van Gert Oldenbeuving aan het conservatorium in Arnhem. Daarna ging ze naar de beroepsopleiding tot beiaardier in Amersfoort en kreeg ze les van Arie Abbenes en Bernard Winsemius.
Net afgestudeerd, werd ze in 1991 benoemd tot stadsbeiaardier van Enschede. Op uitnodiging van de Twentse beiaardiers componeerde Brandsma in 1995 de Twente Suite, waar collega's lovend over zijn.
Samen met de VVV zorgde Brandsma ervoor dat belangstellenden een bezoek konden brengen aan het carillon in de kerk op de Oude Markt, waarbij ze uitleg gaf. Haar benoeming in de loop van 2016 tot stadsbeiaardier van haar woonplaats Arnhem, was een kroon op haar werk. Ze heeft er niet lang van kunnen genieten, want op 20 april 2017 overleed de stadsbeiaardier van Enschede.

Grote kerk aan de Oude markt

20160708_115942
20170402_142500
CHURCH OLD MARKET
Carrilion toeren oude markt
Klok toeren oude markt
Restauratie kerk oude markt 1928 Tekenaar Everhart Rabbers
Enschede 1792
OUDE MARKT ACHTER DE KEKRK
Oude markt Enschede 1
OLYMPUS DIGITAL CAMERA
Restauratie kerk oude markt 1928 Tekenaar Everhart Rabbers
OLYMPUS DIGITAL CAMERA
Gedenksteen Stadsbrand 7 mei 1862
P1020878
P1020886
OLYMPUS DIGITAL CAMERA
OLYMPUS DIGITAL CAMERA
OLYMPUS DIGITAL CAMERA
DSC00370
OLYMPUS DIGITAL CAMERA
OLYMPUS DIGITAL CAMERA
OLYMPUS DIGITAL CAMERA
OLYMPUS DIGITAL CAMERA
previous arrow
next arrow
De familie van Heek heeft een belangrijke bijdrage geleverd aan de instandhouding van de Kerk op de oude markt.
De familie Van Heek wilde niet alleen meebetalen aan bijvoorbeeld de nieuwe gebrandschilderde ramen, ze hadden al lang het plan de gemeente, sinds de Napoleontische tijd eigenaar van de toren, een carillon te schenken. Maar Jan van Heek en zijn familieleden wilden eerst weten of de toren, die een nieuwe spits kreeg, na de restauratie sterk genoeg zou zijn, of dat een klokkenspel ‘een gevaar voor den wankel schijnenden toren’ was.

Jan van Heek vroeg kerkarchitect Jos Cuypers uit Roermond om advies. Na grondige studie en een bezoek aan Enschede juichte Cuypers het plan toe de toren een nieuwe spits te geven, die naar hij hoopte weer zijn middeleeuwse vorm zou krijgen, want de huidige toren was volgens hem een niet geslaagde imitatie. Cuypers somde daarnaast enkele technische eisen op waaraan de toren moest voldoen om een carillon te kunnen dragen.

Nadat fundament en muren waren versterkt en Cuypers en ook de Nederlandse Klokken- en Orgelraad de toren sterk genoeg achtten voor een uit 42 klokken bestaande beiaard, besloten Jan van Heek, zus Bertha Jordaan-van Heek en zijn broers Gerrit Jan jr. en Arnold, later bijgevallen door schoonzus Edwina van Heek Ewing, de gemeente het carillon te schenken. Ze vervulden hiermee een hartenwens van moeder Christine. Jaren woonde ze bijna onder de toren en vaak had ze gezegd dat ze in de toren een klokkenspel wilde laten aanbrengen.

En haar kinderen waren uiteraard ook gehecht aan de kerk, want ze waren aan de voet van de toren opgegroeid, en ook omdat ze een beiaard, iets waaardevols en te samenhoudends’ vonden.

Interieur van de Nederlands Hervormde Kerk

Aan de achterzijde van de Grote Kerk is in de buitengevel een zogenaamde hagioscoop (Het Heilige zien), het is een dichtgemetseld raam een zogenaamd leprozenvenster.
Burgers met lepra mochten in de middeleeuwen de kerk niet bezoeken in verband met mogelijke besmetting. Met het laag geplaatste venster kon met toch knielend de kerkdienst op het altaar volgen. Toen echter de lepraziekte in de negentiende eeuw in Nederland nauwelijks meer voorkwam besloot men om het venster dicht te metselen. Lepra is de oudste gedocumenteerde ziekte vanaf de zevende eeuw in Nederland die tot op de dag van vandaag niet is geëlimineerd. Vooral in de tropen en de subtropen komt lepra nog voor.

Karakteristieke plattegrond van Enschede uit 1826